ECLI:NL:RBZWB:2022:6136
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van bestuurlijke boetes opgelegd wegens overtredingen van de Geneesmiddelenwet
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 21 oktober 2022, geregistreerd onder de zaaknummers AWB 21/2502 en 21/5482, zijn de beroepen van eiseres tegen de opgelegde bestuurlijke boetes voor het handelen in strijd met de Geneesmiddelenwet beoordeeld. Eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. W.J.W. van Eijk, had beroep ingesteld tegen besluiten van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, vertegenwoordigd door mr. I.C.M. Nijland, die boetes had opgelegd wegens het aanbieden van geneesmiddelen zonder de vereiste handelsvergunning. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres op haar website producten heeft gepresenteerd als geneesmiddelen en deze te koop heeft aangeboden zonder de benodigde vergunningen, wat in strijd is met artikel 40 en artikel 84 van de Geneesmiddelenwet. De rechtbank heeft de argumenten van eiseres, waaronder de stelling dat er sprake was van eendaadse samenloop van overtredingen, verworpen. De rechtbank oordeelde dat de opgelegde boetes van €6.375,- en €15.000,- voor respectievelijk de overtredingen van artikel 40 en artikel 84 van de Geneesmiddelenwet evenredig zijn en dat er geen reden is om de hoogte van de boetes te matigen. De beroepen zijn ongegrond verklaard, wat betekent dat de bestreden besluiten in stand blijven en eiseres geen griffierecht of proceskostenvergoeding ontvangt.