ECLI:NL:RBZWB:2022:5702
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Voorlopige voorziening
- M.H. van Schaik
- M.J. van Balkom
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening inzake belastingaanslagen en inzage stukken
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 27 september 2022, wordt er beslist op de verzoeken om voorlopige voorzieningen van de verzoeker, die op 22 augustus 2022 zijn ingediend. De verzoeker vraagt om een voorschot van € 10.000 van de inspecteur van de belastingdienst, in afwachting van de beslissing op het beroep betreffende de aanslagen inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (IB/PVV) en de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet (Zvw) over het jaar 2015. Tevens verzoekt de verzoeker om inzage in alle relevante stukken met betrekking tot de aanslagen en de invordering van de loonheffing over de jaren 2014 en 2015.
De voorzieningenrechter oordeelt dat niet is voldaan aan het vereiste van connexiteit, wat betekent dat er geen lopende bezwaar- of beroepsprocedure is tegen de aanslagen waar de verzoeken op zijn gebaseerd. De rechtbank heeft op 5 september 2022 al uitspraak gedaan in de bodemzaken, waardoor de verzoeken om voorlopige voorzieningen niet-ontvankelijk worden verklaard. Dit houdt in dat de voorzieningenrechter geen aanleiding ziet om de verzoeken toe te wijzen, aangezien de noodzakelijke voorwaarden voor het treffen van een voorlopige voorziening niet zijn vervuld.
De uitspraak is gedaan door mr.drs. M.H. van Schaik, in aanwezigheid van griffier mr. M.J. van Balkom, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open, en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.