ECLI:NL:RBZWB:2022:5655
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep tegen de afwijzing van taxikostenvergoeding voor leerlingenvervoer op basis van de Verordening leerlingenvervoer gemeente Tilburg
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 30 september 2022, wordt het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar aanvragen om vergoeding van taxikosten voor leerlingenvervoer voor drie van haar kinderen beoordeeld. Eiseres had deze aanvragen ingediend op basis van de Verordening leerlingenvervoer gemeente Tilburg 2020, maar het college van burgemeester en wethouders van Tilburg had deze aanvragen afgewezen met besluiten van 16 juli 2021. Eiseres had bezwaar gemaakt, maar dit werd ongegrond verklaard. De rechtbank heeft het beroep op 22 juli 2022 behandeld, waarbij eiseres werd bijgestaan door haar gemachtigde en haar echtgenoot. De rechtbank heeft de termijn voor uitspraak met zes weken verlengd.
De rechtbank beoordeelt of het college de aanvragen op goede gronden heeft afgewezen. Eiseres ontkent niet dat zij in beginsel niet in aanmerking komt voor vergoeding, maar doet een beroep op bijzondere omstandigheden, zoals de verhuizing van het gezin en de noodzaak voor stabiliteit voor de kinderen. De rechtbank concludeert dat het college in redelijkheid heeft kunnen afzien van de toepassing van de hardheidsclausule in de Verordening, omdat de situatie van eiseres niet zodanig bijzonder is dat het college de aanvragen had moeten honoreren. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.