ECLI:NL:RBZWB:2022:5409
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Vereenvoudigde behandeling
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet betalen griffierecht in belastingzaak
Op 16 september 2022 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in de zaak BRE-22-2426, waarbij het beroep van de belanghebbende kennelijk niet-ontvankelijk is verklaard. De belanghebbende had beroep ingesteld tegen een aanslag vennootschapsbelasting over het tijdvak van 23 juli 2020 tot en met 31 december 2020, maar had het verschuldigde griffierecht van € 365,- niet tijdig betaald. De rechtbank heeft vastgesteld dat de griffier de belanghebbende herhaaldelijk in de gelegenheid heeft gesteld om het griffierecht te voldoen, maar dat de belanghebbende hieraan geen gehoor heeft gegeven. De rechtbank heeft de zaak zonder zitting behandeld op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), omdat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk was. De rechtbank heeft in haar overwegingen benadrukt dat het betalen van griffierecht een voorwaarde is voor de ontvankelijkheid van het beroep en dat het niet tijdig betalen van het griffierecht niet verontschuldigbaar was. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling en heeft de uitspraak openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.