ECLI:NL:RBZWB:2022:5159
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Opleggen last onder bestuursdwang tot sluiten woning voor 3 maanden op grond van de Opiumwet
In deze uitspraak beslist de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoeker tegen de sluiting van zijn woning voor de duur van drie maanden. De burgemeester van Etten-Leur had op 15 augustus 2022 besloten de woning van verzoeker te sluiten, nadat de politie op 3 juli 2022 een buurtonderzoek had uitgevoerd en aanzienlijke hoeveelheden drugs in de woning had aangetroffen. Verzoeker heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 30 augustus 2022 behandeld, waarbij verzoeker en zijn gemachtigde aanwezig waren, evenals vertegenwoordigers van de burgemeester.
De voorzieningenrechter overweegt dat de burgemeester bevoegd was om de woning te sluiten op basis van artikel 13b van de Opiumwet, gezien de aangetroffen drugs en de aanwijzingen voor drugshandel. Verzoeker stelt dat de bestuurlijke rapportage niet op waarheid berust en dat de sluiting niet evenredig is, gezien zijn persoonlijke omstandigheden, waaronder psychische klachten en verslaving. De voorzieningenrechter concludeert echter dat de sluiting van de woning een geschikt middel is om de overlast te voorkomen en dat de burgemeester in redelijkheid van zijn bevoegdheid gebruik heeft kunnen maken. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, maar verlengt de begunstigingstermijn voor de sluiting van de woning tot 4 oktober 2022.