ECLI:NL:RBZWB:2022:48
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen op bezwaar inzake woonaanpassing Wmo
In deze uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, gedateerd 7 januari 2022, wordt het beroep van eiseres behandeld tegen het niet tijdig beslissen door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Drimmelen op haar bezwaar tegen een besluit inzake een aanvraag voor een woonaanpassing op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo). Eiseres had op 2 juni 2021 bezwaar gemaakt tegen het besluit van 27 mei 2021, maar het college heeft niet binnen de wettelijk vereiste termijn van twaalf weken beslist. De rechtbank oordeelt dat de beslistermijn is overschreden en dat eiseres terecht in beroep is gegaan.
De rechtbank stelt vast dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die een verlenging van de beslistermijn rechtvaardigen. Eiseres heeft het college op 18 oktober 2021 in gebreke gesteld, maar er is sindsdien geen nieuw besluit genomen. De rechtbank verklaart het beroep gegrond en draagt het college op om binnen twee weken na verzending van de uitspraak alsnog een besluit te nemen. Tevens wordt een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-.
Daarnaast wordt het college veroordeeld tot het vergoeden van het door eiseres betaalde griffierecht van € 49,- en de proceskosten van € 379,50. De rechtbank concludeert dat het college het maximale bedrag van € 1.442,- aan dwangsommen heeft verbeurd, omdat de ingebrekestelling op 19 oktober 2021 is ontvangen en er sindsdien meer dan 42 dagen zijn verstreken zonder dat er een besluit is genomen. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om in verzet te gaan tegen deze uitspraak.