ECLI:NL:RBZWB:2022:4618
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Vereenvoudigde behandeling
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens ontbreken juiste machtiging in belastingzaak
In deze zaak heeft de rechtbank Zeeland-West-Brabant op 16 augustus 2022 uitspraak gedaan in een belastingrechtelijke kwestie. De belanghebbende, vertegenwoordigd door mr. D.A.N. Bartels, heeft beroep ingesteld tegen de uitspraak op bezwaar van de heffingsambtenaar van de gemeente Etten-Leur, die op 2 maart 2022 was gedaan. Het beroep betreft de vastgestelde waarde van een onroerend goed, zoals bepaald in de Wet waardering onroerende zaken.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat de gemachtigde geen juiste machtiging heeft overgelegd. Volgens artikel 8:24, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is het noodzakelijk dat iemand die namens een ander beroep instelt, een machtiging indient. De rechtbank heeft de gemachtigde herhaaldelijk de kans gegeven om dit verzuim te herstellen, maar de overgelegde machtiging was niet correct, waardoor niet kon worden vastgesteld wie de machtiging had verstrekt.
De rechtbank heeft daarom, zonder zitting, op basis van artikel 8:54 van de Awb, het beroep niet-ontvankelijk verklaard. Daarnaast heeft de rechtbank het verzoek om vergoeding van immateriële schade wegens overschrijding van de redelijke behandeltermijn afgewezen, omdat deze termijn in eerste aanleg niet was overschreden. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn op de hoogte gesteld van de beslissing.