Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 30 juni 2022 in de zaak tussen
[naam eiser] , te [plaatsnaam] , eiser
Procesverloop
Hieraan hebben deelgenomen: eiser, zijn gemachtigde en [naam vertegenwoordiger] namens het CBR. Ook was de moeder van eiser aanwezig.
Overwegingen
Feiten
Bestreden besluit
Standpunt van eiser
Wettelijk kader
. Geschil
Beoordeling door de rechtbank
“[…]Betrokkene gebruikt cannabis in medicinale vorm, en de keurend arts twijfelt op welke manier hij dit in het rapport kan verwerken en wat de huidige stand van zaken is omtrent rijgeschiktheid en medicinaal gebruik van cannabis. Zou iemand dit met [naam psychiater] kunnen bespreken?”.
Nog afgezien van de vraag welk belang het CBR zou hebben bij een specifieke uitkomst van het psychiatrisch onderzoek, blijkt uit deze e-mail dat enkel om uitleg van het CBR door de psychiater is gevraagd. Naar het oordeel van de rechtbank maakt dit niet dat de psychiater niet onafhankelijk is.
Conclusie
Beslissing
mr. P.H.M. Verdonschot, griffier, op 30 juni 2022 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.