ECLI:NL:RBZWB:2022:3611
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijk verklaring van beroep wegens gebrek aan motivering in belastingzaak
In deze zaak heeft de belanghebbende een beroepschrift ingediend tegen de uitspraak op bezwaar met betrekking tot de waarde van een onroerende zaak, vastgesteld op basis van de Wet waardering onroerende zaken. Het beroepschrift voldeed echter niet aan de wettelijke vereisten, aangezien het geen motivering bevatte. Dit is in strijd met artikel 6:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), dat vereist dat een beroepschrift gemotiveerd moet zijn. De rechtbank heeft de belanghebbende de kans gegeven om dit verzuim te herstellen, maar ondanks herhaalde verzoeken heeft de belanghebbende dit verzuim niet binnen de gestelde termijnen hersteld.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de aangetekende brieven, waarin de belanghebbende werd gewezen op het verzuim en de gevolgen daarvan, op het opgegeven adres zijn afgeleverd. Aangezien de belanghebbende geen actie heeft ondernomen om het verzuim te verhelpen, heeft de rechtbank besloten het beroep kennelijk niet-ontvankelijk te verklaren op basis van artikel 6:6 van de Awb. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling, en de beslissing is openbaar gemaakt. De belanghebbende heeft de mogelijkheid om binnen zes weken na verzending van de uitspraak verzet aan te tekenen.