ECLI:NL:RBZWB:2022:261

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
25 januari 2022
Publicatiedatum
21 januari 2022
Zaaknummer
BRE-21_5316
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Belastingrecht
Procedures
  • Vereenvoudigde behandeling
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van beroep tegen naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting

Op 25 januari 2022 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak waarbij belanghebbende een beroepschrift had ingediend tegen het niet tijdig beslissen op zijn bezwaar tegen een naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting. De zaak, geregistreerd onder nummer BRE 21/5316, betreft een naheffingsaanslag met het aanslagnummer Y.1.95001 en een bijbehorende boete. Belanghebbende was griffierecht verschuldigd van € 49,00, waarvoor hij door de griffier op 9 december 2021 in een aangetekende brief was gewezen. In deze brief werd vermeld dat niet-ontvankelijkverklaring kon volgen indien het griffierecht niet binnen twee weken na dagtekening was overgemaakt. De rechtbank heeft vastgesteld dat het griffierecht niet is ontvangen, ondanks dat de brief volgens Track&Trace van PostNL op het juiste adres is afgeleverd. Hierdoor is het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard op grond van artikel 8:41, zesde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. S.A.J. Bastiaansen, rechter, en is openbaar gemaakt via geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken verzet worden gedaan bij de rechtbank, waarbij de indiener kan verzoeken om gehoord te worden over het verzet.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Belastingrecht, enkelvoudige kamer
Locatie: Breda
Zaaknummer BRE 21/5316
uitspraak van 25 januari 2022
Uitspraak als bedoeld in artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in het geding tussen
[belanghebbende],
belanghebbende,
en
de inspecteur van de Belastingdienst,
de inspecteur.

1.Motivering

Belanghebbende heeft een beroepschrift ingediend betreffende het niet tijdig beslissen op het bezwaar tegen de naheffingsaanslag motorrijtuigenbelasting met aanslagnummer [aanslagnummer] Y.1.95001 en de bij beschikking opgelegde boete. Hiervoor is belanghebbende griffierecht verschuldigd van € 49,00.
De griffier heeft belanghebbende in een aangetekende brief van 9 december 2021 gewezen op de verschuldigdheid van het griffierecht. De brief vermeldt dat niet-ontvankelijkverklaring kan volgen, indien het griffierecht niet binnen twee weken na dagtekening van de brief is overgemaakt op de in de brief vermelde bankrekening. Volgens gegevens van Track&Trace van PostNL is de brief afgeleverd op het door belanghebbende opgegeven adres.
Uit de administratie van de rechtbank blijkt dat het griffierecht niet is ontvangen. Het beroep is daarom kennelijk niet-ontvankelijk op grond van artikel 8:41, zesde lid, van de Awb.
Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

2.Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. S.A.J. Bastiaansen, rechter, in aanwezigheid van P. van der Hoeven, griffier, op 25 januari 2022 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De griffier, De rechter,
Afschrift aangetekend verzonden aan partijen op:
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de datum van verzending verzet worden gedaan bij de rechtbank (artikel 8:55 Awb). De indiener van het verzetschrift kan daarbij vragen in de gelegenheid te worden gesteld over het verzet te worden gehoord.