In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 23 maart 2022 een beschikking gegeven inzake een voorwaardelijke machtiging gesloten jeugdhulp voor een minderjarige, geboren in 2006, die momenteel in een leefgroep verblijft. De kinderrechter heeft het verzoek van de Gemeente Terneuzen toegewezen, waarbij de noodzaak van de jeugdhulp werd onderbouwd door de ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen van de minderjarige. De kinderrechter benadrukte het belang van een gezinshuis dicht bij het steunend netwerk van de minderjarige, die door de sluiting van het gezinshuis het Anker in Terneuzen in een instabiele situatie verkeert. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige al veel heeft meegemaakt, waaronder de scheiding van zijn ouders en het verlies van zijn moeder, wat heeft geleid tot trauma's en problematisch gedrag zoals middelengebruik en schoolverzuim. De kinderrechter juicht het toe dat het college ervoor kiest om in een eerder stadium een voorwaardelijke machtiging aan te vragen in plaats van direct een gesloten plaatsing. De beschikking is mondeling gegeven en de schriftelijke uitwerking is op 6 april 2022 vastgesteld. Hoger beroep kan worden ingesteld door verzoekers en belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak.