ECLI:NL:RBZWB:2022:2032

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
15 april 2022
Publicatiedatum
15 april 2022
Zaaknummer
BRE-21-3006
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Belastingrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek om proceskostenvergoeding in belastingzaak

In deze zaak heeft de rechtbank Zeeland-West-Brabant op 15 april 2022 uitspraak gedaan in een verzoek om proceskostenvergoeding van een belanghebbende in een belastingkwestie. De belanghebbende had een verzoek ingediend op grond van artikel 8:75a van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) om de inspecteur van de Belastingdienst te veroordelen in de proceskosten. Dit verzoek volgde op de intrekking van het beroep betreffende de aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 2015.

De rechtbank overweegt dat proceskosten voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand alleen vergoed kunnen worden voor specifieke proceshandelingen die zijn opgenomen in het Besluit proceskosten bestuursrecht. In deze zaak is niet aangetoond dat er een professioneel gemachtigde was die een beroep- of bezwaarschrift heeft ingediend of een hoorgesprek met de inspecteur heeft gevoerd. Hierdoor is er geen aanleiding om de inspecteur te veroordelen in de kosten.

Daarnaast heeft de belanghebbende € 49 aan griffierecht betaald, maar de wet biedt geen mogelijkheid om de inspecteur te veroordelen tot vergoeding van dit griffierecht in deze procedure. De rechtbank wijst het verzoek om proceskostenvergoeding af, en de uitspraak is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken verzet worden gedaan bij de rechtbank.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Belastingrecht, enkelvoudige kamer
Locatie: Breda
Zaaknummer BRE 21/3006
uitspraak van 15 april 2022
Uitspraak als bedoeld in artikel 8:75a in verbinding met artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in het geding tussen

[eiser] , wonende te [woonplaats] , [land] ,

belanghebbende,
en

de inspecteur van de Belastingdienst,

de inspecteur.

Betreft

Het verzoek van belanghebbende op grond van artikel 8:75a van de Awb om de inspecteur te veroordelen in de proceskosten.

Motivering

Belanghebbende heeft verzocht om een vergoeding van proceskosten in verband met de intrekking van het beroep betreffende de aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 2015 met aanslagnummer [aanslagnummer] .
De inspecteur heeft meegedeeld dat, als er sprake is van beroepsmatig verleende rechtsbijstand, proceskosten kunnen worden vergoed op basis van het Besluit proceskosten bestuursrecht.
De rechtbank wijst het verzoek om vergoeding van de kosten af. Kosten voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand komen alleen voor vergoeding in aanmerking voor bepaalde proceshandelingen die in de bijlage bij het Besluit proceskosten bestuursrecht worden genoemd, zoals het indienen van een beroepschrift of het bijwonen van een zitting. Niet gebleken is dat een professioneel gemachtigde in deze zaak een beroep- of bezwaarschrift heeft ingediend of een hoorgesprek met de inspecteur heeft gevoerd. Er is dan geen aanleiding voor een veroordeling in de kosten.
Belanghebbende heeft € 49 aan griffierecht betaald. De wet biedt niet de mogelijkheid om in deze procedure de inspecteur te veroordelen tot het vergoeden van griffierecht. De inspecteur moet dat echter wel uit zichzelf doen (artikel 8:41, zevende lid, van de Awb).

Beslissing

De rechtbank wijst het verzoek om proceskostenvergoeding af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. S.A.J. Bastiaansen, rechter, in aanwezigheid van N. Plasman, griffier, op 15 april 2022 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De griffier, De rechter,
Afschrift aangetekend verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de datum van verzending verzet worden gedaan bij de rechtbank (artikel 8:55 Awb). De indiener van het verzetschrift kan daarbij vragen in de gelegenheid te worden gesteld over het verzet te worden gehoord.