ECLI:NL:RBZWB:2022:2030
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Vereenvoudigde behandeling
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van het beroep inzake vennootschapsbelasting door niet-betaling griffierecht
Op 15 april 2022 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak betreffende de niet-ontvankelijkheid van een beroep inzake vennootschapsbelasting. De belanghebbende had een beroepschrift ingediend bij de rechtbank Limburg, dat vervolgens is doorgezonden naar de Rechtbank Zeeland-West-Brabant. Het beroep betreft een aanslag vennootschapsbelasting met het aanslagnummer V560112. De belanghebbende was griffierecht verschuldigd van € 360,00, waarvoor de griffier schriftelijk had geïnformeerd.
De griffier heeft de belanghebbende op 6 januari 2022 in een aangetekende brief gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht. In de brief werd vermeld dat niet-ontvankelijkheid kon volgen indien het griffierecht niet binnen vier weken na de dagtekening van de brief was overgemaakt. De brief is volgens Track&Trace van PostNL afgeleverd op het door de belanghebbende opgegeven adres.
Echter, uit de administratie van de rechtbank blijkt dat het griffierecht niet is ontvangen. Hierdoor is het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard op grond van artikel 8:41, zesde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. S.A.J. Bastiaansen, rechter, en is openbaar gemaakt via geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken verzet worden gedaan bij de rechtbank.