Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 12 april 2022 in de zaak tussen
[naam eiseres] , eiseres (zonder vaste woon- of verblijfplaats),
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tilburg, verweerder,
Procesverloop
3 augustus 2020 ingetrokken en bepaald dat in plaats van een maatregel van 100% een maatregel van 20% gedurende twee maanden wordt opgelegd.
Overwegingen
3 augustus 2020 niet-ontvankelijk heeft verklaard. Ook is in geschil of het college terecht het verzoek om proceskostenvergoeding in bezwaar van het besluit van 19 augustus 2020 heeft afgewezen.
19 augustus 2020. Om procesbelang in bezwaar te kunnen aannemen moet de bezwaarmaker volgens vaste rechtspraak van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) een concreet belang hebben bij het voeren van de bezwaarprocedure. De bezwaarmaker moet met het bezwaar daadwerkelijk zijn doel kunnen bereiken en dit doel moet voor de belanghebbende feitelijke betekenis hebben. Een louter formeel of principieel belang is onvoldoende. [1]
mr. H.D. Sebel, op 12 april 2022 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.