ECLI:NL:RBZWB:2022:1857
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep inzake aanslag gemeente- en waterschapsbelasting
Op 8 april 2022 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak waarbij belanghebbende een beroepschrift had ingediend tegen de aanslag gemeente- en/of waterschapsbelasting inzake de afvalstofheffing. De rechtbank heeft vastgesteld dat belanghebbende griffierecht verschuldigd was van € 49, en dat de griffier belanghebbende hierover schriftelijk had geïnformeerd. In een aangetekende brief van 6 januari 2022 werd belanghebbende nogmaals gewezen op de verplichting om het griffierecht binnen vier weken over te maken. De rechtbank heeft geconstateerd dat het griffierecht niet is ontvangen, wat leidt tot de conclusie dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is op grond van artikel 8:41, zesde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
De rechtbank heeft het beroep niet-ontvankelijk verklaard. Deze uitspraak is gedaan door mr. S.A.J. Bastiaansen, rechter, in aanwezigheid van P. van der Hoeven, griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de datum van verzending verzet worden gedaan bij de rechtbank, waarbij de indiener van het verzetschrift kan verzoeken om in de gelegenheid te worden gesteld over het verzet te worden gehoord.