Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Beschikking van de kinderrechter over een ondertoezichtstelling
RAAD VOOR DE KINDERBESCHERMING,
[minderjarige 1] , geboren op 4 februari 2011 te [geboorteplaats] ,
[minderjarige 2] , geboren op 2 juli 2012 te [geboorteplaats] ,
[minderjarige 3] , geboren op 7 augustus 2014 te [geboorteplaats] ,
[minderjarige 4] , geboren op 7 februari 2016 te [geboorteplaats] ,
[minderjarige 5] , geboren op 9 juli 2018 te [geboorteplaats] ,
[de vrouw] ,
STICHTING JEUGDBESCHERMING WEST ZEELAND,
[de man]
Het verdere procesverloop
- een vertegenwoordiger van de Raad;
- een vertegenwoordiger van de GI.
De feiten
Het verzoek
Het standpunt van belanghebbenden
De beoordeling
Er bestaat daarnaast een extra zorg door de opstelling van de ouders, aangezien zij zich meer lijken bezig te houden met problemen van algemenere (maatschappelijke) strekking, dan met het bespreken van de zorgen over de minderjarigen en welke oplossingen hiervoor nodig zijn. De kinderrechter wil hierover graag met ze in gesprek en raadt de ouders aan om alsnog op zoek te gaan naar een advocaat die hen kan ondersteunen in de gesprekken met de GI en de kinderrechter. De kinderrechter benadrukt dat uit het dossier duidelijk naar voren komt dat de ouders een sterke band hebben met de minderjarigen en het goed lijken te willen doen. De kinderrechter heeft daarbij wel zorg over de vraag of de ouders in staat zijn om een goede opvoedingssituatie te organiseren en in stand te houden.. Om de situatie te kunnen blijven volgen zal de kinderrechter het verzoek toewijzen tot 8 maart 2022. Het resterende deel van het verzoek zal op een nader te bepalen mondelinge behandeling worden besproken, waarbij de ouders uitdrukkelijk worden verzocht om dan aanwezig te zijn.
De beslissing
mondelinge behandeling op 24 februari 2022 om 13:30 uurbij de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Middelburg, Kousteensedijk 2, 4331 JE in afwachting van de rapportage van de GI en het standpunt van de Raad over het resterend verzoek;