Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar;
- vermindert de aanslag tot een aanslag berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 42.602;
- vermindert de beschikking belastingrente dienovereenkomstig;
2.Gronden
- de geldlening ad € 150.000,- in hypothecair verband bij [bank 1], kenmerk [kenmerk],
- de geldlening ad € 125.000,- in hypothecair verband bij [bank 1], kenmerk [kenmerk].
- het eigenwoningforfait is verminderd naar € 1.126, rekening houdend met 50% van het eigenwoningforfait tot 10 oktober 2016 en vanaf die datum 100% van het eigenwoningforfait;
- de aftrekbare rente ten aanzien van de leningen bij [bank 1] is verminderd naar € 4.917, omdat belanghebbende volgens de inspecteur recht heeft op enkel 50% aftrek van deze rente;
- de maximale eigenwoningschuld is vastgesteld op € 258.111;
- gelet op de maximale eigenwoningschuld is de aftrekbare rente van de leningen bij [bank 2] beperkt tot € 1.552;
- de aftrekbare boeterente is verminderd naar € 17.309, omdat belanghebbende volgens de inspecteur recht heeft op enkel 50% aftrek van deze rente;
- de kosten hypotheekadvies van € 1.000 (betreft een factuur van [adviseurs] van 28 juni 2016) is verminderd met € 500, aangezien deze factuur volgens de inspecteur voor de helft belanghebbendes ex-partner aangaat; en
- de resterende financieringskosten zijn verminderd met € 251 naar € 2.673, gelet op de hiervoor genoemde maximale eigenwoningschuld.
2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;