Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Beslissing
2.Gronden
- een verklaring van [collega] (hierna: de Verklaring);
- bankafschriften waaruit blijkt dat voor een motorrijtuig met kenteken [kenteken 2] die belanghebbende naar eigen zeggen ter beschikking stond voor de periode 28 december 2018 tot en met 28 februari 2020 motorrijtuigenbelasting is betaald;
- een salarisspecificatie van [bedrijf] met betrekking tot week 29 van 2019;
- een overzicht van transacties met een ov-chipkaart in de periode van 1 september 2019 tot en met 13 december 2019;
- een kentekenbewijs van een personenauto met kenteken [kenteken 3] ;
- een verzekeringspolis waaruit blijkt dat de auto van 23 januari 2019 tot 20 januari 2020 was verzekerd in België;
- een factuur van een autoverzekering voor de auto met dagtekening 24 januari 2019;
- een brief van het Belgische openbaar ministerie met betrekking tot een verkeersovertreding op 9 november 2019 in Antwerpen.
2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;