ECLI:NL:RBZWB:2021:4737
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Vereenvoudigde behandeling
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroepschrift inzake belastingaanslagen en verzoek om ambtshalve vermindering
Op 24 september 2021 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak waarbij belanghebbende, een inwoner van [woonplaats], een herzieningsverzoek indiende bij de inspecteur van de Belastingdienst. Dit verzoek betrof aanslagen inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen voor het jaar 2012, met specifieke aanslagnummers. De inspecteur heeft het herzieningsverzoek echter aangemerkt als een beroepschrift tegen eerdere uitspraken op bezwaar van 18 juni 2020 en dit doorgezonden naar de rechtbank. De wettelijke termijn voor het indienen van een beroepschrift bedraagt zes weken, welke eindigde op 30 juli 2020. Het beroepschrift werd echter pas op 12 augustus 2020 ontvangen, waardoor het niet tijdig was ingediend. De rechtbank oordeelde dat de termijnoverschrijding van openbare orde is, wat betekent dat een niet-ontvankelijkverklaring volgt bij termijnoverschrijding, tenzij er sprake is van verschoonbaarheid.
Belanghebbende heeft in een schrijven aan de rechtbank haar persoonlijke en medische situatie uiteengezet, maar de rechtbank concludeerde dat deze omstandigheden geen geldige verklaring boden voor de termijnoverschrijding. De rechtbank verklaarde de beroepen, zowel tegen de uitspraak op bezwaar als tegen de ambtshalve beslissing, niet-ontvankelijk. Dit betekent dat de rechtbank niet ingaat op de inhoudelijke bezwaren van belanghebbende, omdat de procedure niet correct is gevolgd. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen, waarbij verzet mogelijk is binnen zes weken na verzending van de uitspraak.