ECLI:NL:RBZWB:2021:4547
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beslissing over verzoek tot geheimhouding van fiscale adviezen en correspondentie in belastingzaak
Op 9 september 2021 heeft de geheimhoudingskamer van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant een beslissing genomen op het verzoek van belanghebbende om fiscale adviezen en correspondentie uit het dossier te verwijderen. Belanghebbende had een verzoek ingediend tot het instellen van een voorlopige voorziening in de bezwaarfase, waarbij hij niet instemde met de geheimhouding van bepaalde stukken die door de inspecteur van de Belastingdienst waren ingediend. De inspecteur had op 14 juni 2021 een verweerschrift ingediend, waarbij enkele bijlagen geheim waren gehouden. De rechtbank heeft de geheimhoudingskamer ingeschakeld om te beoordelen of de geheimhouding gerechtvaardigd was.
De geheimhoudingskamer heeft de argumenten van de inspecteur en de reacties van belanghebbende zorgvuldig afgewogen. De inspecteur stelde dat de geheimgehouden stukken persoonsgegevens bevatten en dat de vertrouwelijkheid van bedrijfsinformatie gewaarborgd moest blijven. Belanghebbende betwistte de noodzaak van geheimhouding en vroeg om toegang tot de stukken. De rechtbank oordeelde dat de redenen voor geheimhouding, zoals bescherming van persoonsgegevens en bedrijfsinformatie, zwaarder wogen dan het belang van belanghebbende bij kennisneming van deze gegevens. De geheimhoudingskamer besloot daarom het verzoek van de inspecteur om geheimhouding toe te wijzen.
De beslissing is openbaar gemaakt en partijen zijn op de hoogte gesteld. Tegen deze beslissing kan alleen hoger beroep worden ingesteld tegelijk met het hoger beroep tegen de hoofdzaak. De uitspraak benadrukt het belang van bescherming van persoonsgegevens en vertrouwelijke bedrijfsinformatie in belastingzaken.