Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van de meervoudige kamer van 7 juli 2021 in de zaak tussen
[naam eiser] , te [plaatsnaam] , eiser,
Procesverloop
Overwegingen
Op 9 januari 2020 vond de bezwaarhoorzitting plaats.
Wettelijk kader
- vraagverheldering en toeleiding naar zorg;
- ondersteunen er regisseren van zorg op het gebied van opvoeden en opgroeien volgens het principe één gezin/huishouden, één plan, één regisseur;
- toegang tot specialistische zorg.
Beoordeling door de rechtbank
Met gebruikelijke hulp wordt de hulp en zorg bedoeld waarvan naar algemeen aanvaardbare maatstaven gangbaar wordt geacht dat ouders die aan hun kind bieden. Vanuit jurisprudentie is inmiddels duidelijk dat gemeenten het afwegingskader van het CIZ mogen gebruiken om te bepalen welke ondersteuning gebruikelijk is en welke ondersteuning het gebruikelijke te boven gaat. Door dit te borgen in de gemeentelijke verordening kan een afwijzing worden gebaseerd op dit artikel, voor zover deze zorg gebruikelijk kan worden geacht.”Bijlage 1 bij de Verordening geeft een uitgebreid ‘Afwegingskader gebruikelijke hulp’.
Conclusie
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- herroept het primaire besluit;
- kent aan eiser over de periode van 1 juli 2019 tot 1 oktober 2019 een pgb toe voor de jeugdhulpvoorziening individuele begeleiding voor 15 uren per week;
- kent aan eiser over de periode van 1 oktober 2019 tot en met 20 juni 2020 een pgb toe voor de jeugdhulpvoorziening individuele begeleiding voor 11,3 uren per week;
- draagt het college op het betaalde griffierecht van € 48,00 aan eiser te vergoeden;
- veroordeelt het college in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 2.992,00.