ECLI:NL:RBZWB:2021:3233
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep tegen naheffingsaanslag parkeerbelasting
Op 25 juni 2021 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak betreffende de naheffingsaanslag parkeerbelasting. De belanghebbende, wonende te [woonplaats], had een beroepschrift ingediend tegen de heffingsambtenaar van de gemeente Tilburg. In deze procedure was belanghebbende griffierecht verschuldigd van € 48,00. De griffier heeft belanghebbende hierover schriftelijk geïnformeerd en in een aangetekende brief van 14 april 2021 gewezen op de verplichting om het griffierecht binnen vier weken over te maken. De brief is afgeleverd op het door belanghebbende opgegeven adres, maar uit de administratie van de rechtbank blijkt dat het griffierecht niet is ontvangen. Hierdoor is het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard op grond van artikel 8:41, zesde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
De rechtbank heeft in haar beslissing het beroep niet-ontvankelijk verklaard. Deze uitspraak is gedaan door mr. S.A.J. Bastiaansen, rechter, in aanwezigheid van mr. M.A.M. van Meer, griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de datum van verzending verzet worden gedaan bij de rechtbank, waarbij de indiener van het verzetschrift kan verzoeken om in de gelegenheid te worden gesteld over het verzet te worden gehoord.