Op 9 juni 2021 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, mr. B.J. Duinhof, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, geboren op 13 januari 2012. De zaak werd behandeld met gesloten deuren en de kinderrechter heeft de gecertificeerde instelling Stichting Intervence (GI) als verzoeker gehoord, evenals de vader van de minderjarige. De moeder was niet aanwezig tijdens de zitting. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige sinds juli 2020 verblijft bij gezinshuis 'gezinshuis 2', waar zij zich positief ontwikkelt. De GI heeft verzocht om verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing, omdat de ouders op dit moment onvoldoende in staat zijn om aan de zorg- en opvoedbehoeften van de minderjarige te voldoen. De kinderrechter heeft de wettelijke vereisten voor ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing als nog steeds voldaan beoordeeld. De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling verlengd tot 13 juni 2022 en de machtiging tot uithuisplaatsing in gezinshuis 'gezinshuis 2' eveneens verlengd tot 13 juni 2022. De kinderrechter heeft benadrukt dat de GI moet blijven werken aan het verduidelijken van het toekomstperspectief van de minderjarige en het aanvragen van een verderstrekkende maatregel indien nodig.