Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
- aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen (IB/PVV) voor het jaar 2015 naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 16.205 en de bij gelijktijdige beschikking vergoede belastingrente van € 2 (aanslagnummer [aanslagnummer] .H.56.01);
- aanslag IB/PVV voor het jaar 2016 naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 16.208 (aanslagnummer [aanslagnummer] .H.66.01);
- aanslag IB/PVV voor het jaar 2017 naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 16.184 en de bij gelijktijdige beschikking in rekening gebrachte belastingrente van € 111 (aanslagnummer [aanslagnummer] .H.76.01);
- aanslag IB/PVV voor het jaar 2018 naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 16.197 en de bij gelijktijdige beschikking in rekening gebrachte belastingrente van € 17 (aanslagnummer [aanslagnummer] .H.86.01).
1.Beslissing
- verklaart de beroepen tegen de aanslag IB/PVV voor het jaar 2017 en de bijbehorende beschikking belastingrente ongegrond;
- verklaart de overige beroepen gegrond;
- vernietigt de uitspraken op bezwaar voor de jaren 2015, 2016 en 2018;
- vermindert de aanslag IB/PVV voor het jaar 2015 tot een aanslag berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 14.516;
- vermindert de aanslag IB/PVV voor het jaar 2016 tot een aanslag berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 14.879;
- vermindert de aanslag IB/PVV voor het jaar 2018 tot een aanslag berekend naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 14.955;
- wijzigt de beschikkingen belastingrente bij de aanslagen IB/PVV 2015 en 2018 dienovereenkomstig;
- gelast dat de inspecteur het door belanghebbende betaalde griffierecht van € 144 (3 x € 48) aan hem vergoedt.
2.Gronden
mr. A. Krishnapillai, griffier op 22 juni 2021 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;