ECLI:NL:RBZWB:2021:2703
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijk verklaring van beroep wegens gebrek aan motivering in belastingzaak
Op 1 juni 2021 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een belastingzaak waarbij de belanghebbende, wonende te [woonplaats], een beroepschrift had ingediend tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van de Belastingdienst. Het beroepschrift betrof een aanslag inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen met het aanslagnummer [aanslagnummer] H.86.01, alsook een opgelegde boete. De rechtbank constateerde dat het beroepschrift geen motivering bevatte, wat een wettelijke eis is volgens artikel 6:5 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Het enkel bijvoegen van een kopie van de uitspraak op bezwaar werd niet als voldoende beschouwd.
De griffier had de belanghebbende de kans gegeven om het verzuim te herstellen binnen vier weken na de verzending van een brief op 20 januari 2021. Ondanks herhaalde verzoeken om aanhouding en extra tijd om de gronden in te dienen, heeft de belanghebbende het verzuim niet hersteld. De rechtbank heeft vastgesteld dat de aangetekende brief, waarin de belanghebbende werd gewaarschuwd voor de gevolgen van het niet herstellen van het verzuim, op het opgegeven adres was afgeleverd.
Gezien het feit dat de belanghebbende niet binnen de gestelde termijnen heeft gereageerd, heeft de rechtbank besloten het beroep niet-ontvankelijk te verklaren op basis van artikel 6:6 van de Awb. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. S.A.J. Bastiaansen, rechter, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken verzet worden aangetekend bij de rechtbank.