Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 30 april 2021 in de zaak tussen
[naam eiser] , te [plaatsnaam] , eiser,
Procesverloop
Overwegingen
Feiten
4 december 2019 van al zijn op geld waardeerbare activiteiten in de entertainment industrie te verstrekken. Daarop heeft eiser het college bij e-mailbericht van diezelfde datum laten weten dat er geen activiteiten zijn geweest sinds 2013, behoudens twee gratis optredens, dus dat er geen boekhouding is.
Geschil
Beroepsgronden
Wettelijk kader
Beoordeling
Proceskosten en griffierecht
Beslissing
- verklaart de beroepen gegrond;
- vernietigt de bestreden besluiten;
- herroept de primaire besluiten;
- draagt het college op binnen zes weken na de dag van verzending van deze uitspraak een nieuw besluit te nemen met inachtneming van deze uitspraak;
- draagt het college op het betaalde griffierecht van € 96,- aan eiser te vergoeden;
- veroordeelt het college in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 3.204,-.
mr. A.M. Pasmans, griffier, op 30 april 2021 en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.