ECLI:NL:RBZWB:2020:738
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuurlijke boete opgelegd aan eiseres wegens schending van de inlichtingenplicht in het kader van de Participatiewet
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 18 februari 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hulst. Eiseres had een boete opgelegd gekregen van € 1.140,- wegens het niet melden van verkopen op Marktplaats en Bol.com, wat leidde tot een schending van de inlichtingenplicht. Na bezwaar van eiseres werd de boete verlaagd naar € 1.026,-, maar eiseres ging hiertegen in beroep. Tijdens de zitting op 22 januari 2020 werd de zaak besproken, waarbij eiseres en haar gemachtigde aanwezig waren, evenals een vertegenwoordiger van het college.
De rechtbank oordeelde dat het college terecht had vastgesteld dat eiseres haar inlichtingenplicht had geschonden. Eiseres had geen objectieve gegevens over haar verkopen overlegd en haar stelling dat alle verkopen giraal waren gedaan, werd niet onderbouwd. De rechtbank concludeerde dat de activiteiten van eiseres op Marktplaats en Bol.com als handel moesten worden aangemerkt en dat zij deze activiteiten had moeten melden. De rechtbank vond de opgelegde boete van € 1.026,- passend en geboden, gezien de omstandigheden van de zaak.
Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. Eiseres had de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij de Centrale Raad van Beroep. De uitspraak is gedaan door mr. V.M. Schotanus, in aanwezigheid van griffier E.C. Petrusma, en werd openbaar uitgesproken op 18 februari 2020.