Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
hierna te noemen [minderjarige] .
De rechtbank merkt als belanghebbenden aan:
wonende op een bij de rechtbank bekend adres,
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.Het verzoek
4.De beoordeling
a. een minderjarige zodanig opgroeit dat hij in zijn ontwikkeling ernstig wordt bedreigd, en de ouder niet in staat is de verantwoordelijkheid voor de verzorging en opvoeding, bedoeld in artikel 1:247, tweede lid, BW te dragen binnen een voor de persoon en de ontwikkeling van de minderjarige aanvaardbaar te achten termijn, of
b. de ouder het gezag misbruikt.
5.De beslissing
benoemt tot voogdes over genoemde minderjarige Stichting Intervence;
verzoekt de griffier om krachtens het bepaalde in het Besluit Gezagsregisters een aantekening te maken van deze beslissing in het centraal gezagsregister.
- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.