Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van de meervoudige kamer van 4 december 2020 in de zaak tussen
[naam eiser] , zonder vaste woon- of verblijfplaats, eiser,
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Breda, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Feiten.
Beroepsgronden.
Wettelijk kader.
Beoordeling van de rechtbank
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit, voor zover het de ingangsdatum van de verlaging van de bijstandsuitkering betreft;
- herroept het primaire besluit, voor zover het de ingangsdatum van de verlaging van de bijstandsuitkering betreft,
- bepaalt dat de verlaging ingaat op 1 oktober 2018 en bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde gedeelte van het bestreden besluit;
- draagt het college op het betaalde griffierecht van € 47,00 aan eiser te vergoeden;
- veroordeelt het college in de proceskosten van eiser tot een bedrag van
www.rechtspraak.nl.De griffier is niet in de gelegenheid deze uitspraak mede te ondertekenen.