Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 15 juli 2020 in de zaak tussen
[eiseres], te [plaatsnaam], eiseres
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Tilburg, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Beste gemeente,
€ 1.050,- van eiseres teruggevorderd.
Geachte Gemeente,
€ 300,-. Deze verklaring vindt steun in de bankafschriften van de ex-partner van eiseres, waaruit blijkt hij op 19 juni 2019 € 250,- heeft opgenomen en op 16 juli 2019 nog eens
€ 300,-.
Doordat eiseres niet (tijdig) heeft doorgegeven dat zij kinderalimentatie ontving, is haar over de maanden mei tot en met augustus 2019 te veel bijstand verstrekt. Het college moest daarom de bijstand herzien door alsnog met het ontvangen inkomen rekening te houden. [4] Het college was gehouden de als gevolg van de herziening te veel ontvangen bijstand van eisers terug te vorderen. [5] Tegen de terugvordering zijn geen afzonderlijke gronden ingediend. Niet is gebleken van dringende redenen om van terugvordering af te zien. De rechtbank ziet geen aanleiding om de terugvordering onrechtmatig te achten. Dit betekent dat ook de terugvordering standhoudt.