Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- verklaart de beroepen niet-ontvankelijk;
- wijst de verzoeken om voorlopige voorziening af.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 26 juni 2020 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoekers een voorlopige voorziening vroegen tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Loon op Zand. Dit besluit betrof de verlening van een omgevingsvergunning aan een derde partij voor het bouwen en brandveilig gebruiken van een logiesaccommodatie. De verzoekers, die elk afzonderlijk beroep hadden ingesteld, voerden aan dat zij niet adequaat op de hoogte waren gebracht van de uitbreidingsplannen van de derde partij. Ze stelden dat de kennisgeving in een huis-aan-huisblad onvoldoende was en dat zij geen bericht hadden ontvangen via Overheid.nl, ondanks dat zij een attenderingsservice hadden ingesteld.
De voorzieningenrechter oordeelde dat de kennisgeving van de terinzagelegging van het ontwerpbesluit op de juiste wijze had plaatsgevonden, zowel via het gemeentelijke huis-aan-huisblad als via het elektronisch Gemeenteblad. De rechter concludeerde dat de verzoekers niet in verzuim waren, maar dat hen wel een verwijt kon worden gemaakt voor het niet indienen van zienswijzen. Hierdoor werden de beroepen van de verzoekers niet-ontvankelijk verklaard en werden de verzoeken om voorlopige voorziening afgewezen. De uitspraak werd openbaar gemaakt op 26 juni 2020, en partijen werden geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep binnen zes weken na verzending van de uitspraak.