ECLI:NL:RBZWB:2019:4416

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
10 oktober 2019
Publicatiedatum
10 oktober 2019
Zaaknummer
3649451 CV EXPL 14-9654
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Herstelvonnis inzake wijziging gemachtigde in civiele procedure

In deze zaak, die voorlag bij de Rechtbank Zeeland-West-Brabant, betreft het een herstelvonnis in een civiele procedure. Het herstelvonnis is gegeven op 10 oktober 2019 en betreft een correctie van een eerder vonnis van 31 oktober 2018, gepubliceerd onder ECLI:NL:RBZWB:2018:6155. In het eerdere vonnis was een onjuiste naam van de gemachtigde van de eiser vermeld. De gemachtigde van de eiser, mr. M.L.A. van Hurne, heeft op 5 augustus 2019 verzocht om herstel van het vonnis, omdat de naam van de voormalige advocaat nog steeds in het vonnis stond. De gedaagde, vertegenwoordigd door mr. K.T.K. Staffhorst, heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid om op dit verzoek te reageren. De kantonrechter heeft geoordeeld dat er sprake is van een kennelijke fout die eenvoudig te herstellen is, zoals bedoeld in artikel 31 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. De kantonrechter heeft besloten om de naam van de gemachtigde van de eiser te corrigeren naar mr. M.L.A. van Hurne, terwijl de inhoud van het eerdere vonnis verder ongewijzigd blijft. Dit herstelvonnis is openbaar uitgesproken op 10 oktober 2019.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Cluster I Civiele kantonzaken
Tilburg
zaaknummer 3649451 CV EXPL 14-9654
(herstel)vonnis van 10 oktober 2019
inzake
[eiser],
wonende te [woonplaats 1] ,
eiser,
gemachtigde: mr. M.L.A. van Hurne, advocaat te ’s-Hertogenbosch,
tegen
[gedaagde]
,
gevestigd te [woonplaats 2] ,
gedaagde,
gemachtigde: mr. K.T.K. Staffhorst.
Partijen zullen hierna worden aangeduid met [eiser] en [gedaagde] .

1.Het verdere verloop van het geding

Het verdere verloop van het geding blijkt uit de volgende stukken:
a. het vonnis van de kantonrechter te Tilburg van 31 oktober 2018 en de daarin genoemde stukken;
b. de brief van 5 augustus 2019 van de gemachtigde van [eiser] ;
c. de brieven van de griffier van 6 september 2019.

2.Het geschil en de beoordeling

2.1
De gemachtigde van [eiser] heeft bij brief van 5 augustus 2019 verzocht om herstel van voormeld vonnis. Hij heeft daarbij aangevoerd dat bij voornoemd eindvonnis van 31 oktober 2018 nog de naam van de voormalige advocaat van [eiser] staat vermeld.
2.2
Bij brief van 6 september 2019 is [gedaagde] in de gelegenheid gesteld zich over voornoemd verzoek uit te laten.
2.3
De wederpartij heeft van deze mogelijkheid geen gebruik gemaakt.
2.4
De kantonrechter is van oordeel dat er sprake is van een kennelijk fout, die zich leent voor eenvoudig herstel zoals bedoeld in artikel 31 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.
2.5
Beslist wordt als volgt.

3.De beslissing

De kantonrechter:
volhardt bij de inhoud van het tussen partijen op 31 oktober 2018 gewezen vonnis met bovenvermeld zaaknummer, met dien verstande dat de naam van de gemachtigde van [eiser] wordt gewijzigd in mr. M.L.A. van Hurne, advocaat te ’s-Hertogenbosch.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.J.M. Rouwen, en in het openbaar uitgesproken op
10 oktober 2019.