Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
uitspraak van 14 februari 2017 van de meervoudige kamer in de zaak tussen
[naam eiser], te [woonplaats], eiseres,
Procesverloop
Overwegingen
.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Op 14 februari 2017 heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant uitspraak gedaan in een zaak waarin eiseres, een ambtenaar van de gemeente Hilvarenbeek, beroep had ingesteld tegen haar ontslag. Eiseres was sinds oktober 1998 werkzaam bij de gemeente en was laatstelijk actief als medewerker WMO/onderwijs. Het college van burgemeester en wethouders had haar per 1 januari 2016 ontslag verleend, na haar boventalligheid te hebben vastgesteld in het kader van een reorganisatie. Eiseres stelde dat het college niet voldoende inspanningen had verricht om haar ontslag of werkloosheid te voorkomen en dat zij recht had op een schadevergoeding en nadeelcompensatie. De rechtbank oordeelde dat het college wel degelijk aan zijn re-integratie-inspanningen had voldaan. Er waren verschillende trajecten en mogelijkheden aangeboden aan eiseres, waaronder sollicitatie- en loopbaanactiviteiten. De rechtbank concludeerde dat het college in redelijkheid had kunnen besluiten het Van werk naar werk-traject niet te verlengen en dat het ontslag op juiste gronden was verleend. Het verzoek om nadeelcompensatie werd afgewezen, omdat dit verzoek niet tijdig was ingediend en de bestuursrechter niet bevoegd was om te oordelen over de gestelde schending van de geheimhoudingsplicht. De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres ongegrond en wees haar verzoeken af.