ECLI:NL:RBZWB:2016:7812

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Datum uitspraak
1 december 2016
Publicatiedatum
12 december 2016
Zaaknummer
AWB 16_2108
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijk verklaring van bezwaar tegen studiefinanciering door DUO

In deze zaak heeft eiseres, bijgestaan door haar gemachtigde mr. T.P. Boer, beroep ingesteld tegen een besluit van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) van 22 maart 2016, waarin haar bezwaar tegen een eerder besluit niet-ontvankelijk werd verklaard. De rechtbank heeft op 1 december 2016 uitspraak gedaan in deze zaak. Eiseres ontving haar post van DUO digitaal en stelde dat zij te laat kennis had genomen van het primaire besluit, wat volgens haar zou leiden tot een verschoonbare termijnoverschrijding. DUO betwistte dit en stelde dat eiseres zelf verantwoordelijk was voor het tijdig indienen van haar bezwaar.

Tijdens de zitting op 20 oktober 2016 in Breda heeft de rechtbank de argumenten van beide partijen gehoord. Eiseres voerde aan dat haar slechte relatie met haar vader en de emotionele impact daarvan haar in de weg stonden om tijdig bezwaar te maken. De rechtbank oordeelde echter dat eiseres niet voldoende had aangetoond dat zij door deze omstandigheden niet in staat was om tijdig bezwaar te maken. De rechtbank concludeerde dat er geen sprake was van een verschoonbare termijnoverschrijding en dat DUO het bezwaar van eiseres terecht niet-ontvankelijk had verklaard.

De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres ongegrond en gaf aan dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 1 december 2016, en partijen werden geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij de Centrale Raad van Beroep.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Bestuursrecht
zaaknummer: BRE 16/2108 WSFBSF

uitspraak van 1 december 2016 van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[naam eiseres] , te [woonplaats] , eiseres,

gemachtigde: mr. T.P. Boer,
en
de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Dienst Uitvoering Onderwijs(DUO), verweerder.

Procesverloop

Eiseres heeft beroep ingesteld tegen het besluit van 22 maart 2016 (bestreden besluit) van DUO inzake het niet-ontvankelijk verklaren van haar bezwaarschrift.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden in Breda op 20 oktober 2016. Eiseres is verschenen, bijgestaan door haar gemachtigde. DUO heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. B.C. Rots.

Overwegingen

1. Op grond van de stukken en de behandeling ter zitting gaat de rechtbank uit van de volgende feiten en omstandigheden.
Bij besluit van 7 december 2015 (primair besluit) heeft DUO de studiefinanciering van eiseres vastgesteld voor het jaar 2016. Uit dit besluit blijkt dat DUO bij de berekening van de hoogte van de studiefinanciering rekening heeft gehouden met een ouderlijke bijdrage van de vader van eiseres.
Op 15 december 2015 heeft eiseres een e-mail gestuurd naar haar vader. Uit deze e-mail blijkt dat zij haar vader een week eerder heeft gemaild over zijn ouderlijke bijdrage voor de studiefinanciering. Haar vader heeft haar op 16 december 2015 teruggemaild, waarbij hij eerst uithaalt naar eiseres (met als strekking: hoe durf je om geld te bedelen als je me al jarenlang buiten sluit) en vervolgens aangeeft dat hij geen geld heeft om bij te dragen aan haar studie.
Eiseres heeft op 18 februari 2016 bezwaar gemaakt tegen het primaire besluit.
Bij het bestreden besluit heeft DUO de bezwaren van eiseres tegen het primaire besluit niet-ontvankelijk verklaard.
2. DUO stelt zich in het bestreden besluit, samengevat, op het volgende standpunt. Eiseres heeft te laat bezwaar gemaakt tegen het primaire besluit. Zij heeft ervoor gekozen om haar post van DUO digitaal te ontvangen. De omstandigheid dat eiseres pas later kennis heeft genomen van het primaire besluit, komt voor haar rekening. DUO is niet gebleken dat eiseres niet in staat was om tijdig bezwaar te maken of om iemand te machtigen dit namens haar te doen. Er is geen sprake van een verschoonbare termijnoverschrijding.
3. Eiseres voert in beroep, samengevat, het volgende aan. Zij heeft pas later kennis kunnen nemen van het primaire besluit. Daarnaast houdt de reden van de termijnoverschrijding verband met de slechte relatie die zij met haar vader heeft. Na de e-mail van haar vader van 16 december 2015 is eiseres volledig dichtgeslagen en durfde zij geen stappen te ondernemen. Er is sprake van een verschoonbare termijnoverschrijding.
Ter zitting heeft eiseres nog aangevoerd dat zij het primaire besluit niet heeft opgevat als een besluit. Er ontbreekt namelijk een rechtsmiddelenclausule.
4. De rechtbank overweegt dat het in deze zaak alleen gaat om de vraag of DUO het bezwaar van eiseres terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard. Tussen partijen is niet in geschil dat er sprake is van een te laat ingediend bezwaarschrift. Partijen verschillen wel van mening over de vraag of er sprake is van een verschoonbare termijnoverschrijding.
5. De omstandigheid dat het primaire besluit geen expliciete bezwaarclausule bevat, leidt niet tot verschoonbaarheid van de termijnoverschrijding. Eiseres heeft gekozen voor digitale verzending van berichten studiefinanciering. In het primaire besluit wordt aangegeven:
“Lees de toelichting als je het niet eens bent met een beslissing.”Zij had dan ook via de website ‘Mijn DUO’ de toelichting kunnen raadplegen. Ook had zij bij DUO (telefonisch) navraag kunnen doen. De rechtbank wijst daarbij op de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 9 juli 2014, ECLI:NL:CRVB:2014:2755.
Het beroep van eiseres kan op dit punt dan ook niet slagen.
6. Eiseres heeft aangevoerd dat zij pas later kennis heeft genomen van het primaire besluit. De rechtbank volgt eiseres hierin niet. Uit de mailwisseling met haar vader kan worden opgemaakt dat zij omstreeks 8 december 2015 kennis heeft genomen van het primaire besluit. Zij heeft immers rond die datum contact opgenomen met haar vader met een verzoek om een financiële bijdrage. In de door eiseres overgelegde herinneringsmail van een week later heeft zij het namelijk over een bijdrage van haar vader van € 40,- per maand en hogere bedragen later in het jaar, in verband met studiefinanciering. In het primaire besluit is als eigen bijdrage van de vader van eiseres € 41,17 genoemd. De rechtbank is niet gebleken dat het e-mailbericht van eiseres van omstreeks 8 december 2015 gebaseerd is geweest op een andere beslissing van DUO dan het primaire besluit.
Bovendien heeft eiseres gekozen voor digitale verzending van berichten studiefinanciering. Het ligt dan ook op de weg van eiseres om deze berichten tijdig te raadplegen. Het beroep van eiseres kan ook op dit punt niet slagen.
7. Ten slotte heeft eiseres een beroep gedaan op de problematische relatie met haar vader. De rechtbank begrijpt dat de e-mail van haar vader van 16 december 2015 eiseres zwaar is gevallen. Het is echter aan eiseres om aannemelijk te maken dat zij (hierdoor) niet in staat was om tijdig bezwaar te maken, of om iemand te machtigen om dit namens haar te doen. Eiseres is hier niet in geslaagd. De enkele stelling dat zij hiertoe niet in staat was en dat zij onder behandeling staat bij een psycholoog, is namelijk onvoldoende. Het beroep van eiseres is ook op dit punt ongegrond.
8. Dit betekent dat er geen sprake is van een verschoonbare termijnoverschrijding. DUO heeft het bezwaar van eiseres dan ook terecht niet-ontvankelijk verklaard.
9. Het beroep zal ongegrond worden verklaard. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
`
Deze uitspraak is gedaan door mr. W. Toekoen, rechter, in aanwezigheid van mr. N.M. Zandbergen, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 1 december 2016.
griffier rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending daarvan hoger beroep worden ingesteld bij de Centrale Raad van Beroep.