Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
1.Beslissing
2.Gronden
2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:
a. de naam en het adres van de indiener;
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 29 juni 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen een piloot en de inspecteur van de Belastingdienst over de aftrekbaarheid van scholingskosten. De belanghebbende, die in 2012 kosten heeft gemaakt om zijn vliegbrevet geldig te houden, heeft een totaalbedrag van € 7.132 aan kosten opgevoerd, waaronder simulatortraining, medische keuring, risicoverzekering, headset, vernieuwen van de license, stomerij, iPad en supplies. De rechtbank oordeelt dat deze kosten niet als scholingsuitgaven kunnen worden aangemerkt, omdat er geen sprake is van een leertraject. De rechtbank stelt vast dat scholingsuitgaven volgens artikel 6.27 van de Wet inkomstenbelasting 2001 alleen aftrekbaar zijn als ze zijn gemaakt in het kader van een opleiding of studie die onder begeleiding van een derde plaatsvindt. De rechtbank concludeert dat de kosten voor de simulatortraining, die jaarlijks verplicht is, ook niet zijn gemaakt met het oog op het verwerven van kennis. De rechtbank wijst het beroep van de belanghebbende ongegrond en oordeelt dat er geen grond is voor aftrek van de opgevoerde kosten. De rechtbank ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.