ECLI:NL:RBZWB:2016:1298
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Disciplinaire ontslag wegens voortzetting strijdige nevenwerkzaamheden door ambtenaar
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 4 maart 2016 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser, werkzaam als personeelsconsulent bij Orionis Walcheren, en zijn werkgever, het dagelijks bestuur van Orionis. De eiser had een overgangstermijn gekregen om zijn strijdige nevenwerkzaamheden te beëindigen, maar heeft deze werkzaamheden voortgezet. De rechtbank oordeelde dat deze gedragingen aan te merken zijn als ernstig plichtsverzuim. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiser niet heeft voldaan aan de verplichting om zijn nevenwerkzaamheden te beëindigen, ondanks de duidelijke instructies van zijn werkgever. De opgelegde disciplinaire straf van ontslag werd niet onevenredig geacht in verhouding tot de ernst van het plichtsverzuim. De rechtbank heeft het beroep van de eiser ongegrond verklaard en benadrukt dat de belangen van de werkgever in dit geval zwaarder wegen dan die van de eiser. De eiser had eerder toestemming gekregen voor nevenwerkzaamheden, maar deze toestemming was ingetrokken na een fusie, waarbij de werkgever de belangen van de organisatie moest beschermen. De rechtbank heeft ook overwogen dat de eiser onvoldoende heeft aangetoond dat hij zijn cliënten niet kon overdragen aan andere bureaus, en dat zijn persoonlijke omstandigheden niet zwaarder wegen dan de belangen van de organisatie. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen.