ECLI:NL:RBZWB:2015:8167
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Strafontslag van handhaver/toezichthouder wegens belangenverstrengeling en integriteitsschending
In deze zaak heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant op 9 december 2015 uitspraak gedaan in een beroep tegen een onvoorwaardelijk strafontslag van een handhaver/toezichthouder bij de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant (OMWB). De eiser, die sinds 1 juni 2013 werkzaam was bij de OMWB, had eerder dertien jaar bij een rechtsvoorganger gewerkt. Het ontslag volgde op een melding van een vermoedelijke integriteitsschending door de directeur van een bedrijf waar eiser toezicht op hield. Eiser had gebruik gemaakt van de diensten van dit bedrijf zonder betaling, wat door het dagelijks bestuur werd aangemerkt als belangenverstrengeling en ernstig plichtsverzuim.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser zich schuldig heeft gemaakt aan plichtsverzuim, ondanks zijn verklaringen dat hij nooit de intentie had om de OMWB te schaden. De rechtbank oordeelde dat aan ambtenaren hoge eisen van integriteit en betrouwbaarheid worden gesteld, ook in het geval er geen formeel integriteitsbeleid was. Eiser had op verschillende momenten wisselende verklaringen afgelegd over zijn handelen, wat de rechtbank als een poging om de ware toedracht te verhullen beschouwde.
De rechtbank concludeerde dat het dagelijks bestuur in redelijkheid het onvoorwaardelijk strafontslag had kunnen verlenen, gezien de ernst van het plichtsverzuim en de schade aan de integriteit van de OMWB. Het beroep van eiser werd ongegrond verklaard, en de rechtbank benadrukte dat de vertrouwensrelatie met zijn leidinggevenden onherstelbaar was beschadigd. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en partijen werden geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep bij de Centrale Raad van Beroep.