3.1Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend, dan wel niet of onvoldoende gemotiveerd
weersproken, alsmede gelet op de niet weersproken inhoud van de overgelegde producties,
staat tussen partijen het volgende vast:
a. [eiser] heeft via de website
[gedaagde]gereageerd op de door [gedaagde]
aangeboden zelfstandige woning aan de[adres].
b. Nadat [eiser] een afspraak met [gedaagde] heeft gemaakt, hebben er twee
bezichtigingen van de woning plaatsgevonden.
c. Bij factuur van 11 januari 2014 heeft [gedaagde] een bedrag van € 2.872,95 in
rekening gebracht, bestaande uit de huur over februari 2014 van € 895,--, de waarborgsom
van € 895,-- (1 maand), en de bemiddelingskosten van € 1.082,95 (inclusief 21 % btw).
[eiser] heeft dit bedrag van € 2.872,95 aan [gedaagde] betaald.
d. Op 1 februari 2014 heeft [eiser] met O.G.M. Westerdale bv/Linssen een
huurovereenkomst gesloten.
e. Bij aangetekende brief van 17 maart 2014 heeft [eiser] aan [gedaagde] bericht:
“
(…..) Met ingang van 1 februari 2014 heb ik een flat gehuurd aan de [adres]
. Ik heb u benaderd nadat een kennis mij mede deelde dat de flat te huur stond en
via uw organisatie te huur werd aangeboden. Doordat u de flat namens de verhuurder te
huur aan heeft geboden, heeft u bemiddeld voor de verhuurder. Bij ondertekening van de
huurovereenkomst moest ik € 1.082,95 aan bemiddelingskosten aan u betalen. Dat is echter
in strijd met de artikelen 7:417 lid 4 juncto artikel 7:427 van het Burgerlijk Wetboek (“BW’).
Deze artikelen bepalen namelijk dat een bemiddelaar die bij de verhuur van een zelfstandige
woning handelt in opdracht van de verhuurder, geen bemiddelingskosten in rekening mag
brengen bij de particuliere huurder. Dit artikel is van dwingend recht; er mag niet ten
nadele van de particuliere huurder vanaf worden geweken. Omdat u zowel voor de
verhuurder als voor mij -particuliere huurder- heeft bemiddeld, vernietig ik hierbij op grond
van artikel 3:40 lid 2 BW het contractuele beding tot betaling van de bemiddelingskosten.
Overigens mag de bemiddelaar op grond van artikel 7:417 lid 2 juncto artikel 7:427 BW
enkel voor zowel de verhuurder als een particuliere huurder optreden indien de particuliere
huurder hiervoor zijn schriftelijke toestemming heeft gegeven. Omdat ik u geen schriftelijke
toestemming heb gegeven om voor de verhuurder op te treden, mag u ook op grond van
artikel 7:417 lid 3 BW geen bemiddelingskosten in rekening brengen.
De bemiddelingskosten zijn dus onverschuldigd betaald. Ik verzoek -en voor zover nodig-
sommeer- u hierbij om binnen 14 dagen na dagtekening van deze brief het bedrag van
€ 1.082,95 terug te storten op bankrekeningnummer NL13INGB0008728040 t.n.v.
J. [eiser] Indien u niet tijdig tot volledige terugbetaling overgaat zal ik in een gerechtelijke
procedure terugbetaling vorderen van voornoemd bedrag. Hierbij zal ik tevens aanspraak
maken op wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. De daarvoor benodigde
dagvaarding is reeds in mijn bezit.
Om er zeker van te zijn dat u van de inhoud van deze brief kennis zult nemen, zend ik u die
zowel per aangetekende als per gewone post.”
f. De gemachtigde van [gedaagde] heeft hierop bij brief van 18 maart 2014 gereageerd. Hij heeft zich op het standpunt gesteld dat de bemiddelingskosten terecht bij [eiser] in rekening zijn gebracht.