ECLI:NL:RBZUT:2012:BV9406
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Onverbindendheid van verordening langdurigheidstoeslag voor niet zelfstandig wonende personen
In deze zaak heeft de Rechtbank Zutphen op 29 februari 2012 uitspraak gedaan in het geschil tussen eiseres, die in een beschermde woonvorm verblijft, en het dagelijks bestuur van de Intergemeentelijke Sociale Dienst Veluwerand. Eiseres had aanvragen ingediend voor langdurigheidstoeslag en een maatschappelijke bijdrage voor de jaren 2009, 2010 en 2011, welke door verweerder waren afgewezen. De rechtbank heeft de zaak behandeld op de zitting van 30 januari 2012, waar eiseres en haar vriend aanwezig waren, terwijl verweerder werd vertegenwoordigd door L.G. Röst.
De rechtbank oordeelde dat de beperking van de personenkring in artikel 3 van de Verordening langdurigheidstoeslag, die alleen recht geeft aan 'zelfstandig wonende inwoners', onverbindend is. Dit is in strijd met artikel 36, lid 1, van de Wet werk en bijstand (Wwb), dat bepaalt dat het college verplicht is langdurigheidstoeslag te verstrekken aan personen die voldoen aan de gestelde voorwaarden, ongeacht hun woonvorm. De rechtbank concludeerde dat de gemeenteraad zijn verordenende bevoegdheid te buiten is gegaan door deze uitsluiting.
De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres gegrond, vernietigde het bestreden besluit van verweerder voor de aanvragen langdurigheidstoeslag en bepaalde dat eiseres recht heeft op deze toeslag voor de jaren 2009, 2010 en 2011. De afwijzing van de aanvragen om een maatschappelijke bijdrage werd echter ongegrond verklaard, omdat deze regeling buitenwettelijk begunstigend beleid betreft en de rechtbank niet bevoegd was om de strijdigheid met het IVBPR te beoordelen. Eiseres werd in de proceskosten veroordeeld tot een bedrag van € 28,60, en het betaalde griffierecht van € 41 werd aan haar vergoed.