ECLI:NL:RBZUT:2002:AE1504
Rechtbank Zutphen
- Eerste aanleg - meervoudig
- E.A.M. van der Kallen
- M.F.J.N. van Osch
- E.J. Davids
- Rechtspraak.nl
Auteursrechtelijke bescherming van kledingontwerpen en de beoordeling van oorspronkelijkheid
In deze zaak, die voor de Rechtbank Zutphen werd behandeld, vorderde de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [eiser] & ZN. TAILLEURS B.V. (hierna: [eiser]) dat de gedaagde partij, de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [gedaagde] UNIFORMEN B.V. (hierna: [gedaagde]), zou worden verboden om de tunieken met nummers 343 en 833 na te maken. [eiser] stelde dat deze ontwerpen, die zij in respectievelijk 1987 en 1980 had gemaakt, auteursrechtelijke bescherming verdienden op grond van de Auteurswet 1912. De rechtbank diende te beoordelen of de ontwerpen van [eiser] een eigen oorspronkelijk karakter bezaten, wat een vereiste is voor bescherming onder de Auteurswet.
De rechtbank oordeelde dat de modellen 343 en 833 geen werken waren die in aanmerking kwamen voor auteursrechtelijke bescherming. Dit oordeel was gebaseerd op de vaststelling dat de ontwerpen niet het persoonlijke stempel van de maker droegen en dat zij in wezen afgeleid waren van bestaande militaire uniformen. De rechtbank concludeerde dat de elementen die [eiser] als origineel aanvoerde, zoals de staande kraag en de mouwkappen, reeds eerder door derden waren gebruikt en derhalve niet als nieuw of oorspronkelijk konden worden beschouwd.
De rechtbank wees de vorderingen van [eiser] af en veroordeelde haar in de proceskosten. Dit vonnis benadrukt het belang van het aantonen van oorspronkelijkheid bij het claimen van auteursrechtelijke bescherming voor ontwerpen, en dat technische of objectieve elementen niet onder de bescherming van de Auteurswet vallen. De uitspraak werd gedaan op 4 april 2002, en de rechtbank oordeelde dat de vorderingen van [eiser] niet toewijsbaar waren, omdat de ontwerpen niet voldeden aan de eisen van de Auteurswet.