ECLI:NL:RBZLY:2011:BU8924
Rechtbank Zwolle-Lelystad
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Medeplegen van het telen van hennep met significante bijdrage
Op 6 december 2011 heeft de Rechtbank Zwolle-Lelystad uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het medeplegen van het telen van hennep. De rechtbank oordeelde dat de verdachte een significante bijdrage had geleverd aan het delict door de hennepplanten water en groeimiddelen te geven volgens een vast schema. Dit, in combinatie met het feit dat hij zou delen in de winst van de plantage, leidde de rechtbank tot de conclusie dat er sprake was van een nauwe en bewuste samenwerking, wat voldoende was om de verdachte als medepleger aan te merken.
De zaak kwam voor de rechtbank na een onderzoek dat begon op 13 maart 2009, toen verbalisanten meldingen ontvingen van een mogelijke hennepkwekerij in Almere. Bij binnenkomst in de woning troffen zij 274 hennepplanten aan en constateerden zij dat er elektriciteit werd afgenomen buiten de meter. De verdachte werd aangehouden en verklaarde dat hij de planten verzorgde in opdracht van een onbekende persoon. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor de beschuldiging van diefstal van elektriciteit, en sprak de verdachte vrij van dat onderdeel van de aanklacht.
De rechtbank hield rekening met de omstandigheden van de zaak, waaronder de overschrijding van de redelijke termijn voor de behandeling van de zaak. Dit leidde tot een strafkorting, en de rechtbank legde een werkstraf op van 60 uren op, in plaats van een gevangenisstraf. De rechtbank gelastte ook de teruggave van in beslag genomen voorwerpen aan de verdachte, aangezien deze niet vatbaar waren voor verbeurdverklaring. De vordering van de benadeelde partij werd niet-ontvankelijk verklaard, omdat de verdachte van het hem onder 2 ten laste gelegde feit werd vrijgesproken.