ECLI:NL:RBUTR:2011:BV1597
Rechtbank Utrecht
- Raadkamer
- N.E.M. Kranenbroek
- R.P. den Otter
- T. Reichardt
- Rechtspraak.nl
Beslissing over niet-ontvankelijkheid van bezwaarschrift ex artikel 22g Wetboek van Strafrecht
Op 14 december 2011 heeft de Rechtbank Utrecht uitspraak gedaan in een zaak betreffende de niet-ontvankelijkheid van een bezwaarschrift, ingediend door de veroordeelde. De zaak betreft een beslissing op grond van artikel 22g van het Wetboek van Strafrecht, waarbij de rechtbank heeft vastgesteld dat het bezwaarschrift niet binnen de wettelijk gestelde termijn van 14 dagen na betekening van de kennisgeving was ingediend. De veroordeelde, geboren in 1960 en woonachtig in Utrecht, had eerder een taakstraf opgelegd gekregen bij vonnis van 15 december 2004. De rechtbank heeft de stukken in het dossier bestudeerd, waaronder een brief van de Reclassering Nederland en de kennisgeving die op 17 april 2007 aan de veroordeelde was betekend. Tijdens de zitting op 30 november 2011 zijn de officier van justitie, de veroordeelde en haar raadsman, mr. B.J. Tieman, gehoord. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het bezwaarschrift, dat op 17 oktober 2011 was ingediend, niet tijdig was ingediend. Gelet op artikel 22g, derde lid, van het Wetboek van Strafrecht, heeft de rechtbank de veroordeelde niet-ontvankelijk verklaard in haar bezwaar. De beslissing is genomen door een meervoudige kamer voor strafzaken en is uitgesproken in openbare zitting. Mr. T. Reichardt was niet in staat om de beslissing mede te ondertekenen.