ECLI:NL:RBUTR:2011:BP5393
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Voorlopige ondertoezichtstelling van een minderjarige in het kader van kinderbescherming
Op 21 februari 2011 heeft de Raad voor de Kinderbescherming, vestiging Utrecht, verzocht om de minderjarige, geboren in 1996, voorlopig onder toezicht te stellen van Stichting Bureau Jeugdzorg Utrecht. Dit verzoek was gebaseerd op de dringende noodzaak om de minderjarige te beschermen tegen onmiddellijk en ernstig gevaar. De kinderrechter heeft besloten om de minderjarige met ingang van 21 februari 2011 voorlopig onder toezicht te stellen voor de duur van drie maanden, tot 21 mei 2011. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad, wat betekent dat de maatregel onmiddellijk van kracht is, ongeacht eventuele beroepsprocedures.
De kinderrechter heeft in zijn beschikking aangegeven dat het verhoor van de belanghebbenden niet kan worden afgewacht, gezien de urgentie van de situatie. De zitting voor het verhoor is gepland op 4 maart 2011. De vader van de minderjarige is alleen belast met het ouderlijk gezag, terwijl de moeder is overleden. De kinderrechter heeft de beschikking op 21 februari 2011 gegeven en deze is ondertekend op 22 februari 2011 door de kinderrechter, mr. H.J.H. van Meegen, in aanwezigheid van de griffier G.M.W.H. van der Velden.