ECLI:NL:RBUTR:2010:BO9649
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Schuldheling en medeplegen van opzetheling met werkstraf en voorwaardelijke jeugddetentie
In deze strafzaak heeft de Rechtbank Utrecht op 30 november 2010 uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van schuldheling en medeplegen van opzetheling. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte in de periode van 25 tot en met 26 december 2009 samen met anderen een kluis voorhanden heeft gehad, wetende dat deze kluis van diefstal afkomstig was. Daarnaast heeft de verdachte in de periode van 23 december 2009 tot en met 22 januari 2010 een scooter en kettingslot voorhanden gehad, eveneens wetende dat deze goederen door misdrijf verkregen waren. Tot slot heeft de verdachte in de periode van 23 mei 2010 tot en met 31 mei 2010 een mini-laptop verworven, terwijl hij redelijkerwijs had moeten vermoeden dat deze laptop van diefstal afkomstig was.
De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een werkstraf van 160 uren, subsidiair 80 dagen vervangende jeugddetentie, waarvan 80 uren, subsidiair 40 dagen vervangende jeugddetentie, voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. De rechtbank heeft hierbij rekening gehouden met de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder deze zijn begaan, en de persoon van de verdachte. De rechtbank heeft ook de aanbevelingen van Bureau Jeugdzorg in overweging genomen, die adviseerden om de verdachte een deels voorwaardelijke straf op te leggen, zodat hij begeleiding kan krijgen van de jeugdreclassering.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte niet eerder is veroordeeld en heeft dit in zijn voordeel meegewogen. De verdachte heeft afstand gedaan van de in beslag genomen voorwerpen, en de rechtbank heeft de teruggave gelast aan de rechthebbenden. Het vonnis is uitgesproken door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee andere rechters, en is openbaar gemaakt op 30 november 2010.