ECLI:NL:RBUTR:2010:BM5987
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- M.J. Grapperhaus
- I. Bruna
- D.A.C. Koster
- Rechtspraak.nl
Schorsing van voorlopige hechtenis in mensenhandelzaak
Op 27 mei 2010 heeft de Rechtbank Utrecht uitspraak gedaan in een zaak betreffende de schorsing van de voorlopige hechtenis van een verdachte die wordt beschuldigd van mensenhandel. De rechtbank heeft de zaak behandeld in een meervoudige raadkamer, waarbij de officier van justitie, de verdachte en zijn raadsman aanwezig waren. De rechtbank heeft geconstateerd dat de verdenking en bezwaren die hebben geleid tot het bevel tot gevangenhouding nog steeds bestaan, maar dat de belangen van de verdachte en de maatschappij in overweging zijn genomen. De verdachte heeft zich bereid verklaard om zich aan bepaalde voorwaarden te houden, wat heeft geleid tot de beslissing om de voorlopige hechtenis te schorsen.
De rechtbank heeft de voorlopige hechtenis van de verdachte geschorst met ingang van 28 mei 2010 tot 14 oktober 2010, onder strikte voorwaarden. Deze voorwaarden omvatten onder andere dat de verdachte zich niet zal onttrekken aan de tenuitvoerlegging van de voorlopige hechtenis, dat hij zich zal melden bij de rechter-commissaris en dat hij geen contact zal hebben met de aangeefsters van de ten laste gelegde feiten. Daarnaast is de verdachte verplicht om zijn paspoort in te leveren en zich te houden aan de voorwaarden van de reclassering. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de schorsing van de voorlopige hechtenis mogelijk is, gezien de omstandigheden van de zaak en de bereidheid van de verdachte om zich aan de voorwaarden te houden.