ECLI:NL:RBUTR:2008:BH3491
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- P. Wagenmakers
- D.A.C. Koster
- P.H. Pronk
- Rechtspraak.nl
Poging tot vrijheidsberoving en afpersing met bedreiging
In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Utrecht op 24 december 2008, stond de verdachte terecht voor de poging tot vrijheidsberoving en afpersing. De zaak kwam voort uit een incident op 6 juli 2008, waarbij de aangever door een groep personen werd ingesloten en gedwongen om mee te gaan naar een auto. Getuigen verklaarden dat de aangever letsel had opgelopen en dat hij in paniek om hulp had geroepen. De rechtbank oordeelde dat er voldoende bewijs was voor de poging tot vrijheidsberoving, ondanks de ontkenning van de verdachte dat er sprake was van meer dan duwen en trekken. De rechtbank achtte de verklaringen van de aangever en getuigen geloofwaardig en concludeerde dat de verdachte samen met anderen had geprobeerd de aangever van zijn vrijheid te beroven.
Daarnaast werd de verdachte ook beschuldigd van poging tot afpersing. De rechtbank oordeelde dat de verdachte de aangever had bedreigd met geweld om hem te dwingen geld af te geven. De verdachte had tijdens telefoongesprekken met de aangever gedreigd met geweld tegen hem en zijn familie. De rechtbank vond de bedreigingen ernstig en oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de poging tot afpersing.
De rechtbank sprak de verdachte vrij van enkele onderdelen van de tenlastelegging, maar legde hem uiteindelijk een gevangenisstraf van 15 maanden op. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten en de impact op het slachtoffer, en benadrukte dat dergelijke gedragingen niet acceptabel zijn in de samenleving. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en de griffier was aanwezig tijdens de openbare zitting.