ECLI:NL:RBSHE:2012:BW8702
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - meervoudig
- B.A.J. Zijlstra
- A. Venekamp
- F. Tadic
- Rechtspraak.nl
Aanwijzing van de Sint Petruskerk te Berlicum als gemeentelijk monument en de gevolgen voor sloopplannen
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 15 juni 2012 uitspraak gedaan over de aanwijzing van de Sint Petruskerk te Berlicum als gemeentelijk monument. De zaak is ontstaan naar aanleiding van een verzoek van de Monumentencommissie van de gemeente Sint-Michielsgestel, die op 22 januari 2009 adviseerde om de kerk aan te wijzen als gemeentelijk monument. Eiser, het bestuur van de R.K. Parochie Sint Norbertus, heeft tegen het besluit van het college van burgemeester en wethouders van Sint-Michielsgestel beroep ingesteld, omdat zij voornemens zijn de kerk te slopen en de Sacramentskerk te verkopen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de Erfgoedverordening van de gemeente Sint-Michielsgestel van toepassing is, en dat de aanwijzing van de kerk als gemeentelijk monument niet in strijd is met de wetgeving, ondanks de eerdere adviezen die de monumentale waarde van de kerk in twijfel trokken.
De rechtbank heeft de argumenten van eiser, die stelde dat de Sint Petruskerk geen monumentale waarde heeft en dat de financiële lasten van het onderhoud onhoudbaar zijn, verworpen. De rechtbank oordeelde dat de aanwijzing als gemeentelijk monument niet in de weg staat aan de mogelijkheid om een sloopvergunning aan te vragen, mits de belangen van de aanvrager en de monumentale waarde van de kerk zorgvuldig worden afgewogen. De rechtbank concludeerde dat verweerder alle relevante feiten en omstandigheden voldoende heeft meegewogen en dat het besluit om de Sint Petruskerk aan te wijzen als gemeentelijk monument zorgvuldig is voorbereid. Het beroep van eiser werd ongegrond verklaard.
De uitspraak benadrukt het belang van de bescherming van monumenten en de afweging van belangen bij de herbestemming of sloop van dergelijke gebouwen. De rechtbank heeft de belangen van de gemeenschap en de cultuurhistorische waarde van de kerk zwaarder laten wegen dan de financiële belangen van de parochie.