ECLI:NL:RBSHE:2010:BN2961
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding wegens onrechtmatige invordering en inhouding van rijbewijs
In deze zaak heeft de verzoeker schade geleden door de onrechtmatige invordering en inhouding van zijn rijbewijs van 15 december 2008 tot en met 28 januari 2009, op verdenking van overtreding van artikel 8 van de Wegenverkeerswet 1994. De verzoeker, een zelfstandig ondernemer met een transportbedrijf, heeft een verzoekschrift ingediend voor schadevergoeding ten laste van de staatskas. Het verzoekschrift is tijdig ingediend, binnen drie maanden na beëindiging van de strafzaak. De verzoeker vorderde in totaal € 14.225,-, bestaande uit diverse schadeposten, waaronder omzetderving, kosten voor rechtsbijstand en reiskosten.
De rechter heeft het verzoek beoordeeld en vastgesteld dat de invordering van het rijbewijs niet was toegestaan, aangezien de uitslag van een onderzoek naar alcoholgebruik niet voldeed aan de wettelijke eisen. De rechter heeft de verzoeker een schadevergoeding toegekend van in totaal € 4.849,73, bestaande uit een standaardvergoeding voor immateriële schade en kosten voor het inschakelen van een ander transportbedrijf. De overige gevorderde schadeposten werden afgewezen, omdat deze onvoldoende onderbouwd waren.
De rechter heeft in zijn beslissing rekening gehouden met de relevante artikelen van de Wegenverkeerswet 1994 en het Wetboek van Strafvordering. De beslissing werd genomen in openbare raadkamer op 30 juli 2010, waarbij de rechter de verzoeker een vergoeding uit 's Rijkskas toekende en het meer of anders verzochte afwees.