ECLI:NL:RBSHE:2008:BC6570
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toekenning van mobiliteitstoeslag aan ambtenaar bij de Belastingdienst na overplaatsing
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 18 februari 2008 uitspraak gedaan over de toekenning van een mobiliteitstoeslag aan eiser, een ambtenaar bij de Belastingdienst. Eiser had verzocht om een mobiliteitstoeslag na zijn overplaatsing van kantoor Venlo naar kantoor Helmond, maar zijn verzoek was door de Staatssecretaris van Financiën afgewezen. De reden voor de afwijzing was dat er geen sprake zou zijn van een 'dienstbelang', aangezien het kantoor Helmond niet specifiek om eiser had verzocht en de overplaatsing het gevolg was van een driehoeksruil tussen ambtenaren.
De rechtbank heeft in haar overwegingen vastgesteld dat de afwijzing van het verzoek om een mobiliteitstoeslag niet in redelijkheid kon worden gehandhaafd. De rechtbank oordeelde dat er wel degelijk sprake was van een dienstbelang voor de Belastingdienst, omdat de overstap van eiser naar Helmond de mogelijkheid bood voor een collega om naar kantoor Heerlen te verplaatsen. Dit betekende dat de belangen van de organisatie gediend waren, ondanks dat Helmond niet specifiek om eiser had verzocht.
De rechtbank heeft het bestreden besluit vernietigd en bepaald dat eiser recht heeft op een eenmalige mobiliteitstoeslag ter grootte van 50% van zijn salaris. Tevens is de Staatssecretaris van Financiën veroordeeld tot vergoeding van het griffierecht dat eiser had betaald. De uitspraak benadrukt het belang van een bredere interpretatie van het begrip 'dienstbelang' in het kader van mobiliteitstoeslagen voor ambtenaren.