ECLI:NL:RBSHE:2008:BC4911
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing WIA-uitkering op basis van verkorte wachttijd
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 1 februari 2008 uitspraak gedaan in een geschil tussen ICS Nederland B.V. en het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) over de afwijzing van een WIA-uitkering op basis van een verkorte wachttijd. De eiseres, ICS Nederland B.V., had een verzoek ingediend voor een uitkering voor haar werkneemster, die sinds 3 januari 2005 in dienst was en op 7 november 2005 was uitgevallen. Het Uwv had het verzoek op 28 november 2006 afgewezen, omdat de werkneemster niet voldeed aan de voorwaarden voor een WIA-uitkering op basis van een verkorte wachttijd.
De rechtbank heeft in haar overwegingen de relevante wetgeving, met name de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA), besproken. De rechtbank concludeerde dat de werkneemster niet volledig en duurzaam arbeidsongeschikt was, zoals vereist voor de toekenning van een verkorte wachttijd. De verzekeringsarts had vastgesteld dat er geen blijvende volledige arbeidsongeschiktheid was, en de bezwaarverzekeringsarts had aanvullende informatie van een longarts ingewonnen, waaruit bleek dat er enige kans op herstel bestond.
De rechtbank oordeelde dat de afwijzing van het verzoek door het Uwv terecht was, omdat de werkneemster niet voldeed aan de voorwaarden voor een IVA-uitkering met verkorte wachttijd. De rechtbank benadrukte dat de mogelijkheid van verbetering van de belastbaarheid van de werkneemster niet uitgesloten kon worden, wat essentieel was voor de beoordeling van de aanvraag. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en liet de beslissing van het Uwv in stand, zonder dat er aanleiding was om proceskosten te vergoeden.
Deze uitspraak benadrukt het belang van medische beoordelingen en de voorwaarden die gesteld worden aan de toekenning van WIA-uitkeringen, vooral in gevallen waar een verkorte wachttijd wordt aangevraagd.